Vijftien schertsende, tedere, vileine, absurde, melancholische Nederlandstalige eigen nummers over het leven, de dood en het grauwe gebied daartussen.
De liedjes van mij gaan allemaal ergens over en zitten vol ironie, zelfspot , beeldspraak, tederheid en vooral humor.
Het leven krijgt in al zijn facetten de aandacht.
Zo zing ik o.a. in Mijn meester en zijn fiat Topolino over mijn schoolmeester Adolfse toen ikzelf een jochie van 9 jaar oud was, breng ik een Ode aan de ware kunstenaar, bezing ik in een blues op een hilarische wijze het misbruik in de katholieke kerk met het nummer Pater Theo loog om vervolgens een paar nummers later op de cd, even hilarisch als aandoenlijk , mijn lijfelijke aanwezigheid op mijn eigen begrafenis te bezingen in het lied Opmijn begrafenis
Ik begeleid mijzelf op gitaar met de aanvullende virtuoze muzikale begeleiding van mijn vaste partituurloze en vrije cellist Bas van Waard en gastmuzikant trombonist/trompettist en percussionist Tobias Dammers.